Voorgenomen fusie tussen muziekschool en bibliotheek het zoveelste recept voor mislukking. KiesKatwijk stelt 124 vragen.
Aan: College van
Burgemeester & Wethouders der gemeente Katwijk
Van: Fractie KiesKatwijk
Betreft: Vragen
over het onderwerp “Fusie tussen Muziekschool en Bibliotheek”[1]
26 juni 2020.
Geacht College,
Onze fractie was verbaasd
dat uw college een rapport heeft laten maken dat moet aantonen dat de fusie van
twee organisaties, de bibliotheek en de muziekschool, die beiden in totaal
verschillende “werelden” opereren, namelijk de muziekwereld en de wereld van de
taal en informatiedragers, gewenst zou zijn. Bij enig doordenken blijkt
namelijk al snel dat deze fusie niet zo’n goed idee is. De argumentatie is dan
ook boterzacht, nauwelijks onderbouwd en nogal abstract geformuleerd. De
impliciete stelling dat voor inhoudelijke samenwerking een organisatorische
fusie noodzakelijk zou zijn is onjuist.
De samenwerkingsmogelijkheden worden
naar onze mening bovendien nogal overschat en nergens expliciet gemaakt.
Hetzelfde geldt voor de mogelijke efficiencyvoordelen die te behalen zouden
zijn. Het eigenlijke probleem, een
adequate huisvesting, is blijkbaar terzijde gelegd in de afgelopen twee
jaar.
Onze fractie is van mening
dat een dergelijke belangrijke beleidsbeslissing als de onderhavige niet gebaseerd
mag zijn op niet meer dan een vrome wens of een verzameling geloofsartikelen
i.p.v. harde feiten. Dat is namelijk nu het geval en bovendien zijn er voor de
raad zoals wel vaker het geval is onvoldoende keuzemogelijkheden of
alternatieven. In de “90 seconden democratie” hebben raadsleden onvoldoende
mogelijkheden om in het politieke debat deze kwestie voldoen scherp te krijgen.
Het college neemt echter na één digitale commissievergadering een afslag met
eenrichtingsverkeer richting de fusiebestemming zonder dat daaraan een
raadsbesluit ten grondslag ligt. Zo is democratie niet bedoeld.
Ondanks het feit dat wij
het vrageninstrument niet ideaal vinden, omdat het meestal gebruikt wordt om de
vragensteller met een kluitje in het riet te sturen, willen wij nu toch gebruik
maken van ons recht om vragen te stellen ten einde wat ontbrekende feiten op
tafel te krijgen. Het kan ook collega-raadsleden de ogen openen. Noodgedwongen
moeten wij daarbij tot in de details afdalen, ook al om de beste kans op
zinvolle antwoorden te krijgen.
Onze stelling: Elke
kwaliteitsverbetering kost geld (uren, accommodaties) en bezuinigen zonder
gevolgen voor kwantiteit en kwaliteit bestaat niet.
Hoofdvragen:
- Op welke wijze denkt u dat een
structuurverandering (fusie), zonder vergroting van het budget, kan leiden tot uitbreiding
van dienstverlening (meer uren) ? - Op welke wijze kan een fusie tussen
muziekschool en bibliotheek bij verminderd of gelijkblijvend budget leiden tot
een hogere kwaliteit van dienstverlening ? - Kunt u de antwoorden op beide vorige
vragen ook aannemelijk maken met (harde) feiten ? - Mocht het antwoord zijn dat er (als
vanzelf) verbetering van efficiency tot stand zal komen met een fusie, verzoek
ik u te kwantificeren om welk bedrag (c.q. hoeveel uren) dit dan gaat dat
hierdoor extra aan dienstverlening in de primaire processen kan worden besteed,
en welke besparingen dat bedrag heeft opgeleverd ? - Voor welke verbetering van kwaliteit
of effectiviteit is de fusie een noodzakelijke voorwaarde ? - Op blz. 6 van het rapport Berenschot
wordt gesteld dat de kernboodschap van het rapport is dat een grote
bezuiniging[1]
op de muziekschool alleen mogelijk is als er gefuseerd wordt. Fusie dus als
voertuig voor een grote bezuiniging. Wie heeft dat uitgangspunt bepaald ? Is
bekend of de gemeenteraad hier mee instemt ?
Detailvragen
In het vervolg hebben wij nog een
aantal detailvragen die nader ingaan op aspecten van zowel efficiency
(doelmatigheid) als effectiviteit (doeltreffendheid) van uw voorgenomen beleid.
Berenschot blz 8.: “De verwachting mag
zijn dat het Cultuurbedrijf het culturele leven van Katwijk aanzwengelt en
steeds van nieuwe impulsen voorziet”.
- Waarop is die verwachting gebaseerd ?
- Wordt er dan extra geld beschikbaar
gesteld voor personeelscapaciteit t.b.v. het aanzwengelen ? - Worden bestaande activiteiten
geschrapt en worden die uren dan voortaan besteed aan het aanzwengelen ? - Welke magie leidt er toe dat je met
dezelfde of minder uren opeens veel meer zou kunnen bereiken ? - Welke activiteiten van beide
organisaties in het primaire proces kunnen worden samengevoegd, zodat meer werk
kan worden verzet met minder mensen dan in het geval er niet wordt samengewerkt
vanuit één organisatie? - Welke omvang hebben deze activiteiten
(in geld en in Fte gemeten) en welke activiteiten betreft dit ? - Voor welke vormen van samenwerking
tussen beide instellingen is een fusie een noodzakelijke voorwaarde ? - Welke ondersteuning van ProBiblio en
andere koepelorganisaties in de bibliotheekwereld is relevant voor een
instituut op het gebied van muziekonderwijs ? - Op welke wijze kan het muziekonderwijs
beter functioneren c.q. tot een beter resultaat leiden via het instrument van privatisering
(verzelfstandiging)? - Zijn de kwaliteit van de docent en
klasgrootte niet meer bepalend dan de organisatiewijze ? - Welke belemmeringen of nadelen hangen
samen met de status van de muziekschool als onderdeel van de ambtelijke organisatie
van de gemeente ? - Waarom moet er meer aan marketing
worden gedaan ? - Is het
niet zo dat meer uren aan marketing leidt tot minder uren in het
primaire proces ? - Wat is de meerwaarde daarvan
(muziekschool en bibliotheek hebben al groot bereik) ? - Wat mankeert er aan de huidige
marketinginspanningen ? - Is er capaciteit om meer klanten te
bedienen die men verwacht met extra marketing binnen te krijgen ? Zo ja, hoe
dan ? - Wat is belangrijker, meer marketing of
een betere dienstverlening (meer uren in de primaire processen), voor het
aantrekken van meer klanten ? - Wat is in geld en in Fte’s gemeten de
“winst” die geboekt kan worden als muziekschool en bibliotheek één organisatie
gaan vormen[1]
? - Welke oude functies c.q. welke
bestaande taken/activiteiten vervallen bij een fusie ? - Wat betekent dit in geld en Fte’s
gemeten ? - Welke overige kosten die sec
gerelateerd zijn aan de fusie vervallen in beide begrotingen (dus niet
gerelateerd aan gezamenlijk gebruik van accommodaties) ? - Waaruit bestaan de frictiekosten en
hoe hoog worden die ingeschat ?
Op blz 38 van het Berenschot rapport[2]
wordt beweerd dat samenwerking de inhoudelijke programmering en
afstemming in de dorpskernen zal versterken.
- Is hierbij de aanname dat er een fusie
noodzakelijk is om tot samenwerking en afstemming te komen ? - Zo ja, waarom kan er niet worden
samengewerkt zonder dat er een fusie plaatsvindt ? - Zo ja, zijn er alternatieven buiten
een fusie die tot verbeterde samenwerking kunnen leiden ? - Is er sprake van een verschillende situatie
wat betreft activiteiten of samenwerking binnen of buiten dorpskernen ? Kunt u
concreet maken waarover in concreto Berenschot het hier eigenlijk heeft ?
Op blz 38 wordt enigszins dubbelop
(zie vorige vraag) beweerd dat muziekonderwijs, cultuureducatie en
leesondersteuning in de basisscholen en in de wijken versterkt wordt. In
een tweede zin lezen we nog “samenwerking tussen bibliotheek en muziekschool
zal het cultuuronderwijs binnen de scholen en de kernen verstevigen”. Het gaat
dus blijkbaar om de taken muziekonderwijs, cultuureducatie, leesondersteuning
en cultuuronderwijs.
-
Komen er meer uren beschikbaar voor
deze taken ? - Komt de kwaliteit van de geleverde
uren op deze vier taakvelden op een hoger niveau ? - Zo ja, hoe komt dat dan per taakveld
tot stand ? - Zo ja, is een fusie noodzakelijk om
deze doelen te bereiken ? - Nemen alle scholen deze “producten” nu
af ? Zo nee, wat is de dekkingsgraad ? - Wat weerhoudt sommige scholen om deze
“producten” af te nemen ? - Op welke wijze gaat de fusie zorgen
voor een groter bereik bij de doelgroep scholen ? - Is er personeelscapaciteit (geld)
aanwezig om deze verwachte toename van werkzaamheden te kunnen behappen ? - Zijn er soms plannen om buiten de
bestaande accommodaties en de scholen “de wijken in te gaan” ? - Wat moeten wij ons hierbij voorstellen
en wat is de bedoeling hiervan ? - Is er geld voor ?
- Welke nieuwe kosten ontstaan c.q.
welke kosten worden hoger met een fusie en schaalvergroting ? - Komen er functies bij of worden
functies in de nieuwe organisatie hoger gewaardeerd c.q. beter betaald ? Zo ja,
welke ? - Moeten er mensen afvloeien bij de
fusie en privatisering omdat de functie vervalt en zijn daar kosten aan
verbonden (zoals gouden handdrukken, uitkeringen) ?
De gewenste fusie maakt het
noodzakelijk dat de muziekschool geprivatiseerd wordt. - Welke garanties worden er aan de
organisatie en aan de medewerkers gegeven of welke regelingen zullen moeten
worden getroffen ? - Wat kost dat ?
- De toekomstige directeur (M/V) moet
verstand hebben van en affiniteit met zowel de muziekwereld en het
muziekonderwijs als de wereld van bibliotheken. Is het te verwachten dat een
dergelijk schaap met vijf poten makkelijk te vinden zal zijn ? - Gaan we bij een fusie naar een
situatie van twee of meer adjunct-directeuren voor de diverse poten van de
nieuwe organisatie ? - Leidt de fusie en schaalvergroting tot
meer overheadkosten ? - Bepaalt de gemeente Katwijk hoe de
nieuwe organisatie er uit gaat zien of bepalen de organisaties met hun autonome
besturen dat zelf ? - Bepaalt de gemeente Katwijk welke
personen op welke functies komen in de nieuwe verzelfstandigde organisatie of
bepaalt het toekomstige autonome bestuur van het Cultuurbedrijf dat ? - Kunt u een overzicht geven van de
betaalde overheadfuncties in de drie oude organisaties in vergelijking met die
van de gefuseerde organisatie ? Gaarne zowel in kosten als in Fte gemeten. - Zal de grotere schaalgrootte leiden
tot betere of meer dienstverlening ? - Zo ja, welke dienstverlening betreft
dit en kunt u dat feitelijk onderbouwen en aannemelijk maken ? - Wat is reuring in organisatiekundige
zin ? - Heeft meer reuring in een organisatie louter positieve effecten ?
- Kost
reuring ook organisatiecapaciteit c.q. kan reuring ook afleiden van de
uitvoering van taken en energielekken veroorzaken ? - Zou “klein, maar fijn en slagvaardig”
niet net zo goed een bruikbare kretologie kunnen zijn dan meer “reuring” ?
Berenschot op blz 8: “voor
kruisbestuiving” is een bepaalde massa nodig. De massa neemt met de fusie niet
toe, en de massa in de uitvoering van de primaire processen zal eerder afnemen.
Dezelfde massa is er vandaag ook al, niemand verbiedt het om die massa zonder
fusie ook vandaag al met kruisbestuiven aan het werk te zetten.
-
Hoe werkt dat ?
- Is het gebrek aan kruisbestuiving dan
misschien toch een capaciteitsprobleem (en dus budgetprobleem) omdat beide
organisaties nu al volbezet zijn ? - Is het gebrek aan kruisbestuiving
misschien te wijten aan het feit dat beide organisaties aan totaal
verschillende takken van sport doen waardoor er weinig mogelijkheden zijn ? - Welke mogelijkheden tot
kruisbestuiving worden er nu gezien die niet gerealiseerd worden doordat beide
organisatie nu geen eenhoofdige leiding kennen ? - Wat vind het personeel van de diverse
instellingen van deze fusie ? Hebben zij er zin in ? Op welke wijze zijn zij
geraadpleegd ?
Op blz 38 van het Berenschot rapport
wordt beweerd dat het “esprit de corps” van de muziekschooldocenten een
positieve invloed zal hebben op de medewerkers van de andere twee organisaties.
-
Kunt u uitleggen wat of welk fenomeen
u met de term “esprit de corps” wilt aanduiden ? - Wat is er mis met het “esprit de
corps” van de medewerkers van de bibliotheek en K&O ? - Op welke wijze wordt de positieve invloed van muziekdocenten
op de collega’s bij een fusie tot stand gebracht en wat is het gewenste
resultaat ? - Op welke wijze wordt voorkomen dat het
“esprit de corps” van de medewerkers van bibliotheek en K&O, de blijkbaar
meer gewaardeerde instelling van de muziekdocenten andersom op negatieve wijze
beïnvloedt ? - Op welke momenten is er trouwens
sprake van intensieve samenwerking tussen muziekdocenten en de medewerkers van
bibliotheek en K&O die totaal uiteenlopende functies vervullen ? - Worden muziekdocenten straks ook
ingezet voor andere activiteiten dan muziekles geven ? Zo ja, in welke mate ?
Zo nee, hoe komt de veronderstelde wisselwerking dan tot stand ? - Worden medewerkers van bibliotheek of
K&O ingezet bij muzieklessen ? Zo ja, in welke mate ? Zo nee, hoe komt de veronderstelde
wisselwerking dan tot stand ? - Gaat het esprit de corps niet
aangetast worden door zaken als verschillen in salarisniveau, beroepshouding en
rechtspositie van voormalige bibliotheekmedewerkers en muziekdocenten ? - Gaat het esprit de corps niet
aangetast worden als niet-professionals op het gebied van muziekonderwijs een
leidinggevende taak in dit werkveld gaan uitvoeren ?
Op blz. 38 in het Berenschot rapport
wordt beweerd dat het cultureel ondernemerschap door de wisselwerking
tussen de drie organisaties zal toenemen. Er is dus nu blijkbaar sprake van een
tekort.
-
Heeft het fenomeen “cultureel
ondernemerschap” ook iets te maken met meer eigen inkomsten genereren ? Zo ja,
hoe gaat de fusie de vraag in de markt vergroten ? - Wordt de prijs voor muzieklessen of
evenementen lager ? Wordt de contributie voor de bibliotheek lager of wordt het
boekenbudget hoger ? - Kunt u uitleggen waarom er een fusie
noodzakelijk is om de veronderstelde positieve effecten tot stand te laten
komen, welke effecten dat zijn en hoe dit dan gaat werken ? - Wat is de reden dat het heden ten dage
blijkbaar niet goed genoeg gaat qua “cultureel ondernemerschap” ? - Zou het niet beter zijn om te zorgen
voor meer geld, meer personeelscapaciteit en meer deskundige of meer bevlogen
medewerkers, en goede accommodaties en andere middelen om het door u gewenste
cultureel ondernemerschap te verbeteren ? - Hoe onderbouwt u de veronderstelling
dat schaalvergroting of een fusie blijkbaar “als vanzelf” tot een beter
resultaat gaat leiden in termen van “cultureel ondernemerschap” ? - Is cultureel of andersoortig
ondernemerschap niet een eigenschap van mensen ? - Gaan we nieuwe mensen aantrekken omdat
blijkbaar de huidige mensen onvoldoende ondernemerschap tonen ? - Zo nee, hoe gaan dan dezelfde mensen
opeens heel andere kwaliteiten vertonen door de fusie ? Hoe werkt dat ? - Wat gaat de fusie opleveren aan zaken
die vandaag de dag blijkbaar tot de onmogelijkheden behoren en hoe gaat dit dan
werken ? - Niet ontkend kan worden dat de fusie
vooral een middel is om tot kostenvermindering te komen. Wilt u dit desondanks
ontkennen ? - Zo nee, bent u dan van plan om meer
middelen ter beschikking te stellen ? - Zo niet, dan moeten dezelfde of meer
taken door dezelfde of minder mensen in minder beschikbare uren worden
uitgevoerd. Is dit juist ? Zo nee, waarom niet ? - Als het budget niet vergroot wordt is
de enige reële reactie hierop het sluiten van een filiaal. - Is deze veronderstelling juist ?
- Zo nee, waarop kan dan nog bezuinigd
worden ? - Zo ja, sluiten we dan eerst het
filiaal Rijnsburg of het filiaal Valkenburg ? - Bent u met ondergetekenden niet van
mening dat minder budget juist contraproductief werkt ten opzichte van elke
kwaliteitsverbetering ? - Hoeveel medewerkers met kleine banen
(qua uren) hebben beide organisaties ? - Welk percentage van het personeelsbestand
vertegenwoordigen deze ? - Zijn die kleine banen een eigen keuze
van medewerkers of een gevolg van te weinig budget ? - Welke gevolgen heeft die versnippering
voor de binding met de organisatie, het “esprit de corps”, de efficiency en het
cultureel ondernemerschap ? - Zijn muziekdocenten meer betrokken bij
de organisatie en haar algemene doelen of zijn ze meer specifiek gefocust op
hun vak en op hun eigen leerlingen ? - Besteden muziekdocenten ook nog andere
activiteiten bij de muziekschool dan sec het invullen van lesuren ? Kunt u
inzicht geven in aard en omvang van die activiteiten ? - Komen er schotten tussen de
samenstellende delen van de nieuwe cultuurorganisatie qua financiering of is er
straks sprake van één lumpsum ? - Hoe gaan we voorkomen dat bibliotheekgeld
weglekt naar de muziekschool of K&O, en andersom ? - Kunt u een overzicht geven van de
(omvang van de) bezuinigingen in de diverse rondes op de drie organisaties in
het afgelopen decennium ? - Kunt u een overzicht geven van de
kosten die de afgelopen twee jaar na het Noordzeepassage debacle zijn gemaakt
t.b.v. dit dossier, uitgesplitst in interne uren en externe advieskosten ? - Heeft u de afgelopen twee jaar gewerkt
aan de realisering van adequate huisvesting voor de bibliotheek ? - Zo ja, wat was uw zoekgebied ?
- Als uw antwoord is dat er eerst
gewerkt moet worden aan het in elkaar schuiven van organisaties, gaarne de
onderbouwing waarom hier alleen volgtijdelijk en niet parallel gewerkt kan
worden. Het gaat immers om een bibliotheek “nieuwe stijl” inclusief een
zaaltje, waarbij alleen de hoeveelheid benodigde kantoorruimte een van de
organisatieomvang afhankelijke (en overigens goed in te schatten) variabele is
? - Is een leerpunt van het
Noordzeepassage debacle niet dat een combinatie van lesruimten voor
muziekonderwijs met een bibliotheek tot problemen leidt, en om allerlei redenen
niet gewenst is ? - Op welke termijn denkt u nieuwe
huisvesting voor de cultuurorganisatie te kunnen realiseren ?
Tot nog toe werd de harde eis
gehanteerd dat de bibliotheek een bijdrage moest leveren aan omzetverhoging van
winkeliers in het centrum van het zeedorp. Deze merkwaardige eis beperkte de
zoekmogelijkheden voor een locatie op dramatische wijze, en heeft ook tot een
dramatisch resultaat geleid middels het Noordzeepassage debacle.
-
Wat heeft het jarenlang vasthouden aan
die eis de belastingbetaler inmiddels gekost en wat staat daar tegenover ? - Er is twee jaar “radiostilte” geweest
over de huisvesting. Wordt die eis nog steeds gehanteerd ? - Zo nee, betekent dit dan dat ondersteuning
van winkeliers in andere dorpsdelen ook een eis kan zijn ? - Of gaan we deze bizarre eis laten
vallen ? - Is het niet verstandig een uitspraak
van de raad te ontlokken over deze kwestie ? - Gaat de toezegging van wethouder Knape
om het commerciële initiatief van de heer Frissen bij de onderhavige
fusieproblematiek te betrekken deze kwestie niet nodeloos compliceren ? Hebben
we wat dat betreft geen lessen geleerd ?
Een ander leerpunt uit het nabije
verleden is dat we steeds in grote problemen komen door het hanteren van een tunnelvisie.
Die fuik geldt hier ook weer. Er is geen keuze want de fusie met drie
organisaties is het enige alternatief, in twee smaken weliswaar.
-
Als het college met commerciële
partijen in gesprek gaat over het voorliggende dossier ligt het dan niet voor
de hand om dan ook onderzoek te doen naar een variant met twee aparte fusies ? Op
deze manier heeft de gemeenteraad immers ook iets te kiezen.
Zo’n variant omvat een fusie tussen
bibliotheek en K&O, en daarnaast een fusie in de muziekwereld tussen een
geprivatiseerde (verzelfstandigde) muziekschool en commerciële initiatieven op
het gebied van muziekonderwijs en relatief grote evenementen.
-
Zou het geen aanbeveling verdienen om
een andere adviseur dan Berenschot deze optie te laten onderzoeken ? -
Zou het geen aanbeveling verdienen om
zo snel mogelijk een gezamenlijke huisvesting voor K&O en de bibliotheek te
regelen, en dit geheel los te zien van mogelijke fusies tussen wie dan ook ? - Is het inmiddels niet overduidelijk
dat de eisen die samenhangen met de huisvesting van een muziekschool totaal
anders zijn dan de eisen voor een bibliotheek “nieuwe stijl” ? - Zo ja, is het dan niet overduidelijk
dat een gezamenlijke huisvesting tot extra complicaties en dus tot hogere
kosten en/of tot een suboptimaal resultaat zullen leiden ?
Het bedrag in de BSI was bedoeld voor
huisvesting van een centrale bibliotheek met een zaaltje, een organisatie
waarvoor in de loop van de jaren diverse benamingen zijn gehanteerd. In de loop
der tijd zijn steeds nieuwe partners bij het onderwerp bibliotheekhuisvesting
betrokken (en weer weggevallen) en gaan we nu blijkbaar drie organisaties onder
één dak (organisatorisch en/of qua huisvesting) brengen.
-
Wordt het (niet geïndexeerde) bedrag
voor huisvesting dan ook logischerwijze opgehoogd ?
Inmiddels wordt er waarschijnlijk een
geheel nieuw dorp bijgebouwd (de wijk Vliegkamp) met 10.000 inwoners.
-
Welke implicaties heeft dit voor het
huisvestingsbeleid en de overige kosten die samenhangen met de hier besproken
voorzieningen ? - Hoe verhoudt zich dat tot de
overduidelijke wens van sommige coalitiepartners zoals de CU om verder te
bezuinigen op de bibliotheek met een zaaltje ?
Uw college heeft blijkbaar op basis
van het in onze ogen nogal zwakke rapport van Berenschot besloten dat een
organisatorische fusie tussen bibliotheek, K&O en de muziekschool de meest
gewenste oplossing is voor een huisvestingsprobleem.
-
Vinden de autonome besturen van
bibliotheek en K&O dat ook ? - Is er een raadsbesluit dat deze koers
accordeert ? - Wilt u de gemeenteraad alsnog een
raadsvoorstel voorleggen ?
Met
vriendelijke groet,
Jaap Haasnoot
KiesKatwijk
[1] De fusie
tussen K&O en de bibliotheek lijkt ons niet problematisch en zelfs gewenst.
Deze samenvoeging stellen wij dus niet ter discussie.
[2] Ter
toelichting wordt in het rapport naar voren gebracht dat zonder fusie slechts
bezuinigingen in de orde van grootte van 20K tot 70K per jaar mogelijk zijn.
[3] Op blz
39 van het Berenschot rapport wordt beweerd dat er besparingen en
efficiencyvoordelen voortvloeien uit een fusie, zonder dat overigens te
onderbouwen of aannemelijk te maken.
[4] Dit
rapport is verdedigd door wethouder Knape namens B&W en is dus geen
vrijblijvend verhaal maar het belangrijkste beleidsstuk waarop B&W zich
baseert in haar standpuntbepaling.
Één reactie
En nu maar hopen dat het niet in een la belandt want het is een geweldig goed onderbouwd stuk over een delicate kwestie.